Er zijn zoveel genres in het schrijven. Ze zijn echt niet allemaal even streng. Neem nou het blog. Je kunt er alle kanten mee op. Natuurlijk is er van alles over te zeggen. Maar om te beginnen, doe lekker wat goed voelt. Echte groei, groeit mee met stappen zetten, of zoals een goede vriend Willem Mondeel ooit zei: 'In doen zit de bezieling!'

Warme groet, Lieke van Rooijen, Atelier Papoe

hamerjpeg

Er is een analoog lek. Ooit kocht ik een ladekastje via marktplaats. Zo'n degelijke bureautrolley die je op duffe kantoren tegenkomt. Althans vroeger, toen ik mij nog begaf in een dergelijke omgeving, stond er een onder mijn bureau. Weken geleden was er iets achter het onderste laatje gevallen. Sindsdien stond het circa 10 cm open. Aangezien ik van mijn ontwerptafel naar de naaimachine verhuisde, werd het open laatje mijn directe buur. Ik kon hem niet langer negeren. Met mijn knieën op de vloer onderzocht ik het laatje. Ergens moest toch een hendeltje, schroefje of andere noodvoorziening zijn om dit kwaliteitsbakkie uit zijn doktersjas te trekken. Ik rammelde wat. Deed hem open en dicht. Iets harder, nog harder. Het monster dat erachter lag, kon maar beter veerkrachtig zijn. Het haalde niets uit. Ik nam het onomkeerbare besluit. Ik greep naar de hamer die in mijn, ‘jawel’, gammele Ikea kast lag. Die kun je overigens zonder problemen uit elkaar halen. Ze leveren er een inbussleutel bij. Enfin, een nanoseconde sprak de hamer mij toe: 'Weet je het zeker? Je haar hangt voor je ogen, je huid oogt verbrand en je hartslag tikt door in mijn hamerkop.'
'Loop niet te zeiken!  Ben je een hamer of niet?' Nog voor mijn hamer terug kon slaan, sloeg ik met zijn kop tegen het laatje. En ja hoor, daar rolde de eerste loodjes uit het lood. Ik trok verwoed de lade de naakte wereld in. Maar wat lag daar? Had ik een verleden bij de VGZ of Gimd? 

Hmmm, onjuist bejegend door een leidinggevende bij de.... Ah het nummer van de bedrijfsmaatschappelijk werkster stond erbij. De P&O medewerker die... Nou, tja, ik heb wel als personeelsadviseur gewerkt, maar ik kon me niet herinneren dat ik bij vertrek het ladeblok had meegenomen. Misschien een pen met Reclassering Nederland erop (werkte ik), maar een heel ladeblok in mijn tas, was toch wel een beetje opgevallen. Conclusie; de papieren waren van een eerdere gebruiker van deze, eens zo, degelijke bureautrol. Van een mens zonder hamerdrift. Is er dan niemand geweest die zijn aantekeningen heeft gemist? Bedoelen ze dit nou met onderop de stapel? Vier plastic mapjes, met persoonsnamen, werkgevers, notities. De verleidingen in mijn hoofd elleboogden zich naar voren. Zal ik het nummer bellen van die maatschappelijk werkster? Zou het nog kloppen? Zou ik alles lezen en de personages opzoeken op Linked-in en Facebook? Berichtje sturen? Oproep plaatsen: Gevonden in degelijke bureautrolley, de aantekeningen over Mevrouw X, werkzaam bij bureau Y, d.d. 2003 conflict met, gesproken met bedrijfsmaatschappelijk werkster Z. Ach en als u de spullen dan toch komt halen, hoe is het afgelopen? Wordt dit mijn eerste roman?

Ok, misschien is het toch eens tijd een papierversnipperaar aan te schaffen. Eentje voor andermans shit. Die blijft tenminste niet hangen. Vraag me nu wel af, welke dossiers ik destijds in mijn ladeblokje bij de Reclassering heb achtergelaten. Ben ik ook andermans shit?

 

Lieke van Rooijen, Atelier Papoe

IMG_20210421_114049jpg

‘Dit heeft niet eerder iemand aan mij gevraagd?’, zegt ze. Hier begint mijn toegevoegde waarde. Hier ontstaat het ontwerp, de tekst, het gedicht. Met die ene vraag en alle andere vragen die ik stel, waardoor mijn klant en ik de diepte inrollen. Het gaat ergens over. Een vraag heeft een oorsprong en die zoek ik, door te vragen, te luisteren en soms zelfs samen te ontdekken. Geloof me, een argeloze vraag bestaat niet. Ik ben geen Action, ook geen Hema noch Bijenkorf. Als iemand bij mij naar binnenloopt, heeft dat een reden.  

   'een argeloze vraag bestaat niet.'

Gisteren volgde ik een masterclass authentieke acquisitie. Mijn product ben ik. Ik kan mezelf niet uitbesteden. Authenticiteit is een groot goed en dus zoek ik een manier mijn authenticiteit authentiek te verbinden met mijn mogelijke opdrachtgevers. Volg je hem nog? Als slowcooker heb ik hier een nachtje op gesudderd. Wat is mijn toegevoegde waarde? Ben ik wel goed in wat ik doe? Waarom zit ik een beetje duf te wezen in dat kwadrant van toegevoegd vermogen en prijs, dat zo fraai prijkte in die duffe maar heldere powerpoint. Pijnlijk werd mijn statistisch onvermogen helder. Wat houdt me tegen om naar buiten te brengen wat ik allang bewezen heb?  

  'onderliggende overtuigingen'

De aquisitiecoach, die zich in het bijzonder richt op creatievelingen, coaches en therapeuten, reageerde op een chat waarin een deelnemer aangaf te sturen op gedragsverandering. ‘Dit werkt alleen als iemands onderliggende overtuigingen overeenkomen met de gewenste gedragsverandering’, stelde de aquisitiecoach. ‘Anders heeft sturing op gedrag weinig effect.’

  'sta met ze op'

‘Precies!’, dacht ik. In mijn werk als personeelsadviseur kwam ik dit geregeld tegen. Het helpt als je in staat bent tot zelfreflectie, maar ook dat is geen garantie dat je die overtuigingen ook los kan laten. Je er voldoende aan te ontworstelen. Aangezien niets menselijks mij vreemd is, heb ook ik nog wel een aantal van die onderliggende overtuigingen, die mijn authentieke acquisitie in de weg staan. Daar heb ik geen kwadrant, psycholoog en zelfs geen goede vriend (meer) voor nodig. Ik sta met ze op en ga met ze naar bed.   

  'alpaca's en struisvogels'

Aan het einde van de masterclass bood hij een persoonlijk gesprek aan. Hiervoor moest je een formulier invullen. Waarom heb ik aan het einde van deze online masterclass niet op die knop gedrukt? Stond ik boven de verleiding? Liet ik mij niet inpalmen? Nee, niets van dit alles. Ik vond de coach heel authentiek overkomen. Hij deed precies wat ik meer zou mogen doen. Vertellen wat hij te bieden heeft en wat ik als klant daarmee kan bereiken. Wilde ik mijn omzet niet invullen op het formulier? Voelde ik me onzeker omdat ik geen concrete omzetdoelen heb? Weer nee. Het was angst. ‘Beetje lef kan enorm helpen.’ Ik zie het nog voor me in die powerpoint. Heb er een aantekening van gemaakt. ‘Ja’, dacht ik, ‘lef is wel een dingetje.’ Laatst schreef ik een gedicht over een alpaca*. Het gedicht eindigt met een struisvogel. Dat is natuurlijk ook een manier om je nek uit te steken. 

Kan ik ergens mijn onderliggende overtuigingen inleveren voor een smeerseltje lef of zal ik toch dat gesprek maar eens aangaan?

 

*Alpaca 

tien truien hangen krullend om je lijf
met je poten in het land
waar je eten groeit, op een dag als deze,
met de wind, die zich gelijkt aan jouw
zachte ogen, ben jij mijn grootste vriend

vergiffenis bedekt mijn hebzucht
met een goddelijke deken
ik mag je krullen plukken en jij eet paardenbloemen
alsof jij, hier geboren bent

je fluistert pure liefde toe
hebt in alle eenvoud
de mensheid reeds begrepen
ik stel mij psychologen voor
met krullen of met dreadlocks
net als jij
vraag mij af
waarom jij achter hekken staat
en ik ben opgesloten

Je schudt je hoofd
ik buig mijn kop
buig dieper
en denk aan struisvogels

Lieke van Rooijen, Atelier Papoe

b39f9c82-3112-4bb3-8ece-82fef81f2f1fjpg

Alles goed? Ik hoor het mezelf zeggen, met een glimlach op mijn gezicht. Ik heb er al een dik uur opzitten, lekker muziekje in mijn oren, modderige wandelschoenen. Alles goed? Hij lacht zijn lach. We houden vaart, passeren en raken van elkaar verwijderd.  

Alles goed, denk ik. Natuurlijk niet. Hoe kan nou ooit alles goed zijn? De beste man is muzikant. Corona, muzikant. Alles goed! Ik schaam me een beetje, heb nog een wandelingetje te gaan om over mijn ‘alles goed’ na te denken. Ik wil meer zijn dan een 'alles goed'. Was mijn alles goed eigenlijk fout? Ik zat in mijn eigen blije bubbel. Was ik egocentrisch? Even daarvoor liep ik nog door de weilanden en stelde mijzelf de vraag waarom ik de poëziekamer had opgericht. 

  • Wil ik iets geven of kom ik juist iets halen? 
  • Maakt het uit of er veel of weinig mensen hun eigen online-poëziemoment boeken? 
  • Waarom in de vorm van een geschenk in plaats van tegen betaling? 
  • Is dat omdat ik anders bang ben dat er niemand een moment reserveert of omdat ik dit een tijd vind om iets te schenken? 

Het antwoord is niet zo eenduidig. Het een sluit het ander niet uit. De tijd speelt mee, iets moois de wereld in slingeren, verbinding zoeken . Ik besloot dat ik al mijn vragen los ging laten. Ik had mijn keuzes gemaakt, mijn collega-dichters hadden ook hun keuzes gemaakt. 

Wij hebben iets te geven. We krijgen daar iets moois voor terug. We weten nog niet wat, elk moment is er een om uit te pakken. Dat uitpakken doen we samen met degene die een poëziemoment betreedt. Het thema van de poëzieweek is niet voor niets ‘Samen’.

De Poëziekamer is speciaal opgericht voor de poëzieweek 2021. Boek je eigen poëziemoment op www.atelierpapoe.nl/poëziekamer. De dichters van de poëziekamer zijn Jan Eikelenboom, Drs. Anders, René Turk en Lieke van Rooijen

Lieke van Rooijen, Atelier Papoe


Van zeventig kinderen op het schoolplein naar drie kinderen (waarvan twee pubers) aan de online lessen. Het leven van een overblijfjuf gaat ook niet altijd over rozen. Maar hoe is dat nou, overblijfjuf zijn op de basisschool? Nou, als behang zonder plaksel. 

cd59cc3d-d4ec-494a-8a42-52692a8cccfajpg

Bij de overblijfjuf gaan de kinderen pas echt los. Ze mogen vrij spelen en nemen dat tamelijk letterlijk. 

  • Een vrije vorm van taalgebruik. Kan heel poëtisch zijn hoor. 
  • Het lichaam soms een beetje los schoppen. Na zo’n hele ochtend zitten, is dat best begrijpelijk. 
  • Gebruik maken van de ruimtes. Een schoolplein is minder afgebakend dan een klaslokaal. Je vindt ze in elk hoekje en gaatje.

Rijst de vraag: Is het nou leuk om overblijfjuf te zijn? Natuurlijk is het dat! Je hebt een andere blik. Je staat symbool voor de pauze. Praktijkonderwijs is bij de job inbegrepen. Dat geef je niet, dat krijg je, ervaringsleren. Het allerbelangrijkste is wel dat de overblijfjuf wondertjes cadeau krijgt. Ik geef een paar voorbeelden.

Wondertjes voor een overblijfjuf

  • Ze noemen je juf. Dat is toch best een coole titel, daar is ingenieur niets bij.

  • Ineens komen er van vier verschillende kanten kinderen naar je toe die in kanon 'Ju-uf' roepen. Je voelt je misschien overvraagd, maar zeker niet overbodig.

  • Een echte stoere bovenbouwer kijkt je wat argwanend aan en ineens breekt zijn gezicht open als je zegt: 'Jeetje moesten jullie vanochtend ook nog hard werken?'

  • Je staat bij een tafeltje tekenende kinderen en ineens voel je een klein handje je hand vastpakken.

  • Je loopt met je aftekenlijstje de klas binnen en krijgt spontaan een knuffel met glimlach van een engel.

  • En dan ineens hoor je over de poes, oma, de vakantie, nieuwe kleren, dat ze sommige dingen moeilijk vinden.

  • Ze hebben natuurlijk ook een mening over je haar. Heb je teveel uitgroei, dan ben je ineens oud. Is het te licht, dan stond het vorige beter. Nou ja, zo dus.

Samengevat: 'Kinderen, je spiegel is er niets bij!'


Ik wens iedereen die in het onderwijs werkt (nu dus ook ouders) veel wijsheid en creativiteit toe met het thuisonderwijs!


Lieke van Rooijen, Atelier Papoe



41e60683-db07-452c-8d41-4ee2596d123cjpg

Ik had het afgezworen, besloten, ik ben een autodidact.  Wat als ik voor deze opleiding tot schrijfdocent slaag. Is dit dan een breuk met mijn verleden?


Ik, die nooit meer een opleiding zou gaan volgen, werd afgelopen les geraakt door twee essays van mijn mede docenten in spe. Elk laagje onder mijn eigen tekst kroop omhoog. Ik werd stil, net als vroeger. Wilde niet vechten tegen de tranen. Waarom terug stoppen wat eruit wil. Ik viel niet, ik sprong.


De angst om te groeien, om te presteren, is minstens zo heftig als de angst om te falen, wederom.


Het antwoord op de vraag is nee, dit is geen breuk met mijn verleden. Ik draag haar mee, in gedichten, liedjes en verhalen. Heb haar bij me om te bouwen, in een ander licht. 

Lieke van Rooijen, Atelier Papoe